Lezing door Chris Scholten van Verzamelmuseum 40-45 in De Houtstek te Slochteren over Slochteren in de oorlog. Hij wandelde als het ware met ons door het dorp heen en vertelde de veelbewogen geschiedenis over hoe de Slochtenaren de oorlogsjaren doorkwamen. Als twaalfjarige krijgt Chris Scholtens pamfletten die in 1939 zijn uitgestrooid boven Oost-Groningen. Ze vormen het begin van een verzameling die inmiddels honderden items over de Tweede Wereldoorlog bevat, van groot tot klein. Boeken, brieven, documenten, emaillen borden, kranten, onderdelen van voertuigen, militaire tenues, munitie, schilderijen, stafkaarten en nog veel meer: je vindt het allemaal in Museum 40-45 in Kolham. Chris Scholten vertelt ons ondermeer over de overval op het distributiekantoor in Slochteren op 21 juli 1944. Rondom deze overval, kwamen 4 jonge verzetsmannen om te leven. Twee betrokken overvallers, Hendrik Ernst de Haan en Jan Lever werden diezelfde dag doodgeschoten door de SD te Eenum en één overvaller, Kornelis Roeters, werd te Eenum gevangen genomen door de SD en overleed op 20 februari 1945 in kamp Sachsenhausen.Het vierde slachtoffer, Harmannus Haan, die niet betrokken was bij de overval, werd op 22 juli 1944 doodgeschoten door de SD te Onstwedde, als represaillemaatregel omdat de SD Harmannus zijn broer, mede-overvaller Hendrik Haan, niet kon vinden.
Chris Scholten heeft talloze interessante documenten, foto's en voorwerpen meegenomen over Slochteren tijdens de oorlog.
Het gezin Zwerver
Anje was 18 jaar toen ze omkwam. Ze is het derde kind van het gezin Zwerver. Vanaf medio 1944 is zij koerierster voor de Landelijke Knokploegen. In Slochteren is ze met een aantal anderen ondergedoken in een huis aan de Noordbroekseweg nummer 4.
Op 14 april 1945 wordt Slochteren bevrijd. Het is een onoverzichtelijke situatie. Even verder op wordt er nog gevochten met de Duitsers. Maar de bevrijders zijn wel al in Slochteren. Overal langs de kant van de weg staan juichende mensen om de bevrijders binnen te halen. Daaronder Anje.
Plotseling duiken er geallieerde gevechtsvliegtuigen op en openen het vuur. In de veronderstelling dat er nog Duitse tanks staan. Anje wordt getroffen. Ze wordt hevig bloedend het huis van de notaris binnen gebracht. Daar kan men slechts de dood constateren. Haar lichaam wordt met een pantserwagen afgevoerd en ze wordt voorlopig in Sappemeer begraven. Anje werd slechts 18 jaar.
Meint, het tweede kind uit het gezin Zwerver, werd 22 jaar. Hij gaat in Winsum op school en werkt als knecht bij smederij Pol in de Hoofdstraat. In de eerste oorlogsjaren werkt Meint bij de Hoogovens in IJmuiden. Hij neemt deel aan verzetsactiviteiten en in 1942 moet hij onderduiken in Velsen.
Als daar de grond te heet onder de de voeten wordt, vlucht hij naar een boerderij in Barneveld, waar hij onder andere bij het hooien wordt ingezet. Als Meint terugkeert in Winsum krijgt hij valse identitietspapieren en samen met zijn broer Rienk sluit hij zich aan bij het plaatselijke verzet.
Rienk en Meint Zwerver trekken bij het verzetswerk meestal samen op. Uit verslagen van het het NIOD blijkt dat zij vanaf eind 1942 in KP (knokploeg)-verband werken. Ze verspreiden verboden lectuur en plegen sabotage acties. De Duitsers zijn op zoek naar beide broers, én naar hun vader.
Rienk, de oudste zoon uit het gezin Zwerver, is 26 jaar geworden. Rienk doorloopt de Christelijke School in Winsum en gaat daarna werken op de steenfabriek, waar ook zijn vader werkt als stoker. Tijdens de mobilisatie is hij gelegerd bij de cavalerie in Ede. Na zijn demobilisatie in juni 1940 keert Rienk terug naar Winsum. Hij wordt verliefd op Antje Schol en ze trouwen in de zomer van 1941. Zeven maanden later wordt hun eerste kind geboren: Melle.
Gearresteerd
Op 23 maart 1943 worden beide broers Zwerver gearresteerd en naar het Scholtenhuis in Groningen overgebracht. Daar worden ze verhoord door de gevreesde SD, de Sicherheids Dienst van de Duitse bezetter. In documenten bij het Nationaal Instituut voor Oorlogsdocumentatie, NIOD, staat over Rienk ondermeer te lezen: “…Tijdens dagenlange verhoren geslagen en gepijnigd omdat hij niet spreken wilde. En over Meint Zwerver: “…heeft de gevreesde verhoren ondervonden der SD”.
Na de verhoren worden Rienk en Meint opgesloten in het Huis van Bewaring in Groningen. Van Rienk is bekend dat hij terechtkomt in cel 22. Rienk en Meint worden even later met nog 9 andere gearresteerden in een auto geladen en naar een stille plek in de buurt van Norg gebracht. Daar worden de mannen door een groep SD-ers met pistoolschoten om het leven gebracht en zonder dat hun ouders dat weten in Norg begraven.
Herbegraven
Pas vier maanden na de bevrijding, op 28 Augustus 1945 worden Rienk, Meint en Anje Zwerver met een sobere dienst herbegraven in hun geboortedorp Winsum. Inmiddels zijn het officiële Rijksgraven beheerd door de Oorlogsgravenstichting: “opdat zij met eere mogen rusten”...